ARTIEST/CONCERT
zaterdag 30 maart 2024


Dean Owens & The Sinners

Dean Owens & The Sinners

Dean Owens is geboren en getogen in Schotland. Aan zijn tongval kun je het nog horen. Maar gezien zijn muziek zou je dat niet zeggen. Je zou eerder denken dat hij afkomstig is uit de USA en Tucson Arizona in het bijzonder. Niet zo gek aangezien hij zijn album Sinner’s Shrine opnam met met Joey Burns en John Convertino van Calexico nota bene in Tuscon, Arizona. Je zou kunnen zeggen het beste van twee van twee werelden de Schotse bard en de mannen van Calexico .Inmiddels bracht hij het album El Tiradito uit met tracks van zijn Desert Trilogy die niet op Sinner’s Shrine werden uitgebracht. Ook deze plaat kreeg lovende recencies. In november 2023 staat Pictures gepland opgenomen met Neilson Hubbard en Will Kimbrough, de laatste hebben we vaak op ons podium zien schitteren.

Best UK Act 2021, Best UK Act/Best UK Album 2022 – Americana UK Readers Poll

Award winning Scottish singer songwriter Dean Owens is one of UK’s finest troubadours, with fans including authors Irvine Welsh (Trainspotting), Ian Rankin (whose iconic character Rebus has Dean’s CDs on playlist!) and BBC legend “Whispering” Bob Harris.

IRVINE WELSH: Dean Owens’ music and story feels like a tribute to the songs inside us, the tales of our lives, reaching into us to find the threads of our common humanity

VERSLAG

Scotsman Conquers The World

Van alle markten thuis is het eerste wat opkomt bij Dean Owens. Niet alleen in muzikale zin, maar ook in menselijke zin. Een kip of ei kwestie. Wnat door veel te reizen en op andere plekken te verblijven leer je je goed te verhouden tot die ander en als je er voor open staat ook veel te leren. Dean heeft met veel mensen gewerkt en op veel verschillende plekken tijdelijk gewoond. Wat gebleven is zijn de Schotse roots. Duidelijk en niet gespeend van enige ironische humor. Als er naar Dean verwezen wordt gaat het vaak over zijn ‘spaghetti western soundtrack muziek’. Daar doe je hem erg tekort mee. Het is slechts een onderdeel van zijn oeuvre. Opgegroeid in een Edinburgh in de jaren dat het ekend stond als heroine hoofdstad van Europa, dat tevens geteisterd werd door de toenmalige AIDS golf. Maar de ruige omstandigheden hebben niet gezorgd voor een slechte jeugd. Wel was muziek een belangrijke steun en zo gauw hij kon ging hij op onderzoek en belandde in de USA. Arizona, New Mexico en werkte samen met de heren van Calexico en tevens verbleef hij  in Nashville het schrijvers en muzikantendorp voor rootsmuziek. Er zitten vele mooie observaties in zijn songs, die wellicht scherper en beeldender door zijn blik als buitenstaander op de Amerikaanse samenleving. Het gaat over verlangen, onderweg zijn. In Australie op toer en dan een liedje schrijven als Glasgow In The Rain, niet eens zijn hometown, maar wel een stad waar hij mooie momenten heeft beleefd.

Dean nam ons mee de woestijn in door een combinatie van fluiten met een hoge mate van reverb (het geluid van de Grand Canyon) ondersteunt door de melancholieke trompet tonen van Philip Cardwell en adequaat, soms prachtig ingehouden en dan weer scherp gitaar werk van Craig Ross op een heerlijk bed van de staande bas van Adam McMillan.  Dean kent zijn klassiekers een ode aan Townes van Zandt in The Hopeless Ghosts. Strangers Again voor Willie Nelson. Zijn weergave van zijn reizen en verblijf in de US; Arizona, New Mexico en een ode aan Route 66 in Mother Road. Boxing Shorts introduceerde hij met een weergave van zijn opgroeien in Edinburgh in de jaren ’80 en zijn vader die hem stimuleerde op boks les te gaan. Hij vond het leuk, maar kijkt nu terug als hij de shorts terug vind in zijn kast op het verlies van mensen om hem heen als gevolg van een heroine verslaving. Het fenomeen publieksparticipatie lijkt uitgevonden door Dean. Hij krijgt de hele zaal aan het mee fluiten bij de Great Song. We leerden vanavond dat het in Schotland ‘piping’, heet. Samenwerking met Katherine Polwart leverde de schitterend song Riverline op en wederom fluitparticipatie van het publiek.

Dean trapt de tweede set solo af met een prachtige ballad Sometime, waarmee de mans veelzijdigheid weer eens wordt benadrukt. We krijgen twee nog niet uitgebrachte songs te horen te weten; Spirito en My Beloved Hills. Een aubade aan een mysterieuze dame genaamd Dolina. Een waargebeurd verhaal over een man op death row, die vlak voor zijn executie het concert van Johnny Cash in de San Quentin gevangenis mag mee maken. Dit is een mooi voorbeeld van hoe Dean een song schrijft, er zitten genoeg herkenbare Cash elementen in en toch blijft het een Dean song. In een gesprek met zijn vader over hoe snel het leven voorbij kan zijn, zegt zijn vader: En dan lig je voor je het weet naar de deksel van je doodkist te staren is samen gevat in de song Staring At The Lid.  Een tweede duet song zonder partner was Land Of The Hummingbird geschreven met Gabriel Sullivan en origineel gezongen met Gaby Moreno uit Guatemala. Wat Dean de opmerking ontlokte, ze zingt in het Spaans dat spreek ik niet, met gewoon Engels heb ik al moeite. Een ware Schot verloochent zich niet. Raining In Glasgow geschreven met een voor ons goede bekende Will Kimbrough bracht verlangen op bijzondere wijze onder de aandacht. Het summum van publieksparticipatie was al voor de staande ovatie, Dean iedereen al staande had en liet mee zingen en dansen op de Last Song. Dean is niet alleen een wereld veroveraar in muzikale zin, maar heeft ook onze harten veroverd.

SETLIST

1.Compañera

2.Arizona

3.The Hopeless Ghost

4.New Mexico

5.Mother Road

6.Light this World

7.The Rains That Never Lands

8.Riverline

9.Strangers Again

10.Boxing Short

11.Great Song

 

1.Sometime (solo)

2.Spirito

3.My Beloved Hills

4.Dolina

5.The Night Johnny Cash Played San Quentin

6.Staring At The Lid

7.Burn It All

8.Ghost Of Wild Horses

9.Land Of The Hummingbird (written with Gabriel Sullivan)

10.Southern Wind

11.Raining in Glasgow

12.The Last Song

 

All songs written by Dean Owens unless noted otherwise

Dean Owens:  vocals, acoustic guitars, harmonica,

Philip Cardwell; trumpet

Craig Ross:  electric guitar, backing vocals

Adam McMillan: stand- up bass